Artikel I Wijziging Algemene plaatselijke verordening Leiderdorp 2020

De Algemene plaatselijke verordening Leiderdorp 2020 wordt als volgt gewijzigd:

• A.

  Artikel 2:11 ((Omgevings)vergunning voor het aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg), vierde lid, komt als volgt te luiden:

  • 4.

    Het verbod is voorts niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht, de Wet beheer Rijkswaterstaatswerken, de Omgevingsverordening Zuid-Holland, de Waterschapskeur, de Telecommunicatiewet of de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Leiderdorp.

• B.

  Artikel 2:24 (Definities), eerste lid, onder d, komt als volgt te luiden:

  • d.

    het in een inrichting in de zin van de Alcoholwet gelegenheid geven tot dansen;

• C.

  Artikel 2:28 (Exploitatie openbare inrichting), tweede lid, komt als volgt te luiden:

  • 2.

    De burgemeester weigert de vergunning als de exploitatie van de openbare inrichting in strijd is met een geldend bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit.

• D.

  Artikel 2:28 (Exploitatie openbare inrichting), derde lid, komt als volgt te luiden:

  • 3.

    In afwijking van het bepaalde in artikel 1:8 kan de burgemeester de vergunning slechts geheel of gedeeltelijk weigeren als naar zijn oordeel moet worden aangenomen dat:

    • a.

      de woon- of leefsituatie in de omgeving van de openbare inrichting of de openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed; of

    • b.

      de exploitant of de leidinggevende in enig opzicht van slecht levensgedrag is.

• E.

  Artikel 2:28 (Exploitatie openbare inrichting), vierde lid, komt als volgt te luiden:

  • 4.

    Geen vergunning is vereist voor een openbare inrichting die zich bevindt in:

    • a.

      een winkel als bedoeld in artikel 1 van de Winkeltijdenwet voor zover de activiteiten van de openbare inrichting een nevenactiviteit vormen van de winkelactiviteit;

    • b.

      een zorginstelling;

    • c.

      een museum;

    • d.

      een bedrijfskantine of -restaurant;

    • e.

      rouwcentra, begraafplaatsen en crematoria; of

    • f.

      instellingen van paracommerciële rechtspersonen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Alcoholwet.

• F.

  Artikel 2:28 (Exploitatie openbare inrichting), vijfde lid, komt als volgt te luiden:

  • 5.

    De burgemeester verleent op verzoek of ambtshalve vrijstelling van het verbod als bedoeld in het eerste lid aan een openbare inrichting, als zich in de twaalf maanden voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze bepaling geen incidenten gepaard gaande met geweld, overlast op straat of drugsgebruik en -handel hebben voorgedaan in of bij de inrichting.

• G.

  Artikel 2:28 (Exploitatie openbare inrichting), zesde lid, komt als volgt te luiden:

  • 6.

    De vrijstelling wordt ingetrokken wanneer zich een incident heeft voorgedaan als bedoeld in het vijfde lid.

• H.

  Artikel 2:28 (Exploitatie openbare inrichting), zevende lid, komt als volgt te luiden:

  • 7.

    Op de aanvraag om een vergunning of een vrijstelling is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.

• I.

  Artikel 2:28 (Exploitatie openbare inrichting), achtste lid, komt te vervallen.

• J.

  Artikel 2:28 (Exploitatie openbare inrichting), negende lid, komt te vervallen.

• K.

  Artikel 2: 28 (Exploitatie openbare inrichting), tiende lid, komt te vervallen.

• L.

  Artikel 2:29 (Sluitingstijd), vijfde lid, komt als volgt te luiden:

  • 5.

    Voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28, vierde lid, aanhef en onder a, gelden dezelfde sluitingstijden als voor de winkel.

• M.

  Afdeling 5. Bijzondere bepalingen over horecabedrijven als bedoeld in de Drank- en Horecawet komt als volgt te luiden:

   

  Afdeling 5. Bijzondere bepalingen over horecabedrijven als bedoeld in de Alcoholwet

• N.

  Artikel 2:34a (Begripsbepaling), eerste lid, komt als volgt te luiden:

   

  • 1.

    In deze afdeling wordt verstaan onder:

    • –

      alcoholhoudende drank,

    • –

      horecabedrijf,

    • –

      horecalokaliteit,

    • –

      inrichting,

    • –

      paracommerciële rechtspersoon,

    • –

      sterke drank,

    • –

      slijtersbedrijf en

    • –

      zwak-alcoholhoudende drank,

  • dat wat daaronder wordt verstaan in de Alcoholwet.

• O.

  Artikel 2:48 (Verboden drankgebruik), tweede lid, komt als volgt te luiden:

  • 2.

    Het verbod is niet van toepassing op:

    • a.

      een terras dat behoort bij een horecabedrijf als bedoeld in artikel 1 van de Alcoholwet;

    • b.

      een andere plaats dan een horecabedrijf als bedoeld onder a, waarvoor een ontheffing geldt krachtens artikel 35 van de Alcoholwet.

• P.

  Artikel 3:7 (Weigeringsgronden), eerste lid, onder h, sub 1°, komt als volgt te luiden:

  • 1°

    bepalingen, gesteld bij of krachtens de Alcoholwet, de Opiumwet, de Vreemdelingenwet 2000, de Wet arbeid vreemdelingen en hoofdstuk 3 van deze verordening;

• Q.

  Artikel 5:24 (Voorwerpen op, in of boven openbaar water), derde lid, komt als volgt te luiden:

  De verboden zijn niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht, de Scheepvaartverkeerswet, het Binnenvaartpolitiereglement, de Wet beheer rijkswaterstaatswerken, de Omgevingsverordening Zuid-Holland of de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren Leiderdorp.

Artikel II Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening Leiderdorp 2020 (april 2023).

Artikel III Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.